Interview studenten

Bijzondere dierenarts - Ineke Westerhof

  • Heb je ook in Utrecht gestudeerd? Hoe is deze periode bevallen? Heb je nog leuke verhalen vanuit je studententijd

    De eerste jaren heb ik in Utrecht Biologie gestudeerd aangezien het mij niet lukte om in te loten. Net toen ik me bij mijn lot had neergelegd en de richting oceanografie had gekozen, werd ik alsnog geplaatst voor Diergeneeskunde. Na heel even nadenken was het duidelijk dat ik deze kans moest pakken. Dit was namelijk wat ik mijn hele leven al wilde: dierenarts worden.

    De meeste wilde haren was ik al in de eerste jaren als biologiestudent kwijtgeraakt, maar ik herinner mij de gave Vet-inns. In een van de lustrumjaren die ik heb meegemaakt, gingen we naar Gent. Vandaaruit gingen we op de fiets terug naar Utrecht, en het laatste stuk kruipend over de  Maliebaan naar de Biltstraat. En natuurlijk ging alles zo snel mogelijk. Wat was het gaaf en wat waren mijn knieën kapot.

  • Hoe is je keuze gevallen op dierenarts voor Vogels en Bijzondere dieren?

    Mijn ouders waren intense dierenliefhebbers en hebben die genen aan mij doorgegeven. Mijn vader kwam regelmatig thuis met de meest (voor die tijd) vreemde dieren, en deze kreeg ik onder mijn zorg. Als jager had hij contacten met jachtopzieners en als er een ree door onwetende mensen was meegenomen, dan kreeg ik de opdracht om dit diertje groot te brengen. Zo kreeg ik naast dit reetje ook de zorg over een vosje dat ouderloos was. Verder kwamen er ontelbare fretjes, konijnen, cavia’s, muisjes enzovoorts. Ook kwamen er reptielen, zoals kameleons en schildpadden. Mijn ouders lieten mij zelf uitzoeken hoe ik deze dieren het beste kon verzorgen. Hier heb ik zoveel van geleerd en mijn hele loopbaan (en leven) heb ik daar profijt van gehad. Leren uitzoeken en logisch nadenken. Het was voor mij als van zelfsprekend dat ik dierenarts zou worden. En niet voor de gangbare huisdieren, maar voor de “bijzondere “dieren. Alsof het zo moest zijn was er een vacature bij de afdeling vogels en bijzondere dieren precies op het moment van afstuderen. Ik kreeg de aanstelling en heb vanaf die eerste dag met enorm veel plezier op de afdeling VBD gewerkt en ontzettend veel geleerd.

    Ik ben specialist geworden in de vogelgeneeskunde. Daarnaast heb ik de reptielengeneeskunde binnen onze kliniek op mijn schouders genomen en uitgebouwd. Maar ook de kleine zoogdierengeneeskunde heeft mijn interesse en ik voel mij een allround dierenarts voor “bijzondere” diersoorten. 


  • Je werkt hier nu 35 jaar, dus je zal vast veel interessante casussen zijn tegengekomen. Welke casus is je het meest bijgebleven en waarom

    Bij onze afdeling komen zoveel verschillende diersoorten met de meest uiteenlopende aandoeningen. Heel veel van deze casussen zijn super interessant. Maar ook een simpele routine handeling als bijvoorbeeld nagels slijpen bij een papegaai kan reuze interessant worden vanwege het karakter van de vogel of vanwege de kleurrijke eigenaar. Voeg daar de studenten aan toe en je hebt een feestje.

    Een bijzondere patiënt was een jonge wallaby die plotseling verlamd was. Het dier bleek een tekort aan Vitamine E en Selenium te hebben waardoor er spierdystrofie was ontstaan. De eigenaar kon niet voor het dier zorgen en in mijn enthousiasme bood ik aan tijdelijk voor het dier te zorgen. Samen met een bevriende student fysiotherapie hadden we een trainingsschema gemaakt. Voor die tijd nieuw, nu is fysiotherapie niet meer weg te denken uit de diergeneeskunde.

    Dagelijks trainden we het dier en op een ochtend neem ik het diertje mee de tuin in voor de dagelijkse oefeningen. Tot mijn grote verbazing stond de wallaby op en rende zo hard als ze kon weg, foetsie. Het heeft me een uur gekost om het diertje te pakken te krijgen. Wat een beloning voor dit gave werk.

    Een andere patiënt die ik nooit meer zal vergeten was een boa constrictor met anorexie. Dit was nog in mijn prille jaren. De boa werd opgenomen in ons enige reptielenverblijf. Een prachtig hok met een bovenkant van gaas.

    De volgende dag kwam de dierverzorger met een opgewonden hoofd mij het nieuws vertellen. De boa was die nacht bevallen en de babies waren door het gaas ontsnapt. Ze waren overal, tot in het toilet en in de kelder. We hebben dertig babies teruggevonden. Wie weet hoeveel er nog ergens ronddwalen……..

  • Heb je wel eens een gekke situatie meegemaakt met bijvoorbeeld een eigenaar op de poli ?

    Op de afdeling vogels en bijzondere dieren komen bijzondere dieren en zeker zo bijzondere eigenaren. 

    Heel bijzonder was een eigenaar van konijn Bunny en de eigenaar sprak konijn met het konijn. Na het dier onderzocht te hebben stelde ik een behandeling voor. Mevrouw boog zich over het konijn, en begon wat te brommen en rare geluiden te maken. Daarna knikte ze naar mij: Bunny is het er mee eens. Gaat uw gang. Het was voor mij alle zeilen bijzetten om serieus te blijven, samen met de studenten die mij met grote ogen verwachtingsvol aankeken

  • Welke diersoort vind je het leukst om mee te werken?

    Het klink afgezaagd, maar ik vind alle diersoorten intrigerend. Vogels vanwege hun kwetsbaarheid, hun slimme en mooie karakter, kleine zoogdieren om alle variatie. Bij reptielen gaat mijn hart nog net iets sneller kloppen. Wat een fascinerende dieren die al zoveel langer dan de mens op de aarde zijn en meesters zijn in het zich aanpassen aan specifieke leefomstandigheden.

    Wat een voorrecht om adviezen te kunnen geven aan eigenaren om zo een bijdrage te leveren aan een betere kwaliteit van het reptielenleven.


  • Naast het werken in de poli met studenten geef je natuurlijk ook veel onderwijs aan zowel bachelor als masterstudenten. Welk onderwijs vind je het leukst om te geven? Is er een specifiek moment tijdens het onderwijs dat je is bijgebleven?

    Het werken met jonge mensen is een van de redenen waarom het werk hier zo gaaf is. Iedere student is anders, elke reactie is anders, de vragen die ze stellen houden me scherp en stimuleren me om er net weer iets anders over na te denken of tegenaan te kijken. 

    Het interactieve onderwijs vind ik het leukste. Practica geven is ook echt genieten. Kers op de taart is wel het keuzevak Herpetologie. Hoe leuk is het om met gemotiveerde en bevlogen studenten over reptielen te praten en hen hier over te leren. Aan het einde is er een practicum klinische diagnostiek en hanteren van reptielen. Het is een voorrecht om te zien hoe studenten de kennis hebben opgezogen en dat in praktijk brengen.


  • Wat ga je het meeste missen, en wat ga je niet missen, nu je de kliniek gaat verlaten?

    Dit is kort gezegd: alles. Sparren met mijn collega’s, elkaar scherp houden.

    De samenwerking met de dierverplegers, zulke bevlogen mensen. Ze hebben liefde voor het vak, voor de patiënten, ze denken mee, komen met ideeën, en we lachen wat af met elkaar. Ik weet niet hoe ik dat zonder hen moet doen. 

    De studenten ga ik vreselijk missen. Hun slimheid, schrandere of bijzondere vragen, hen begeleiden in klinisch redeneren.  Zelfs de koffie uit de koffieautomaat ga ik missen.

    Bijna 35 jaar is de kliniek een enorm onderdeel geweest van mijn leven.


    Ik voel me nog veel te jong om stil te gaan zitten. Daarom zal ik als ZZP-er actief blijven in dit vakgebied.


Share by: